
Ondanks dat het net lijkt alsof gender reveal party’s een uit Amerika overgewaaid nieuw fenomeen zijn, gebeurde dit ook al in de tijd van de Bijbel. Dat zien we bv. in de aankondiging van de komst van Jezus, een geboortefeest waarop ook dit jaar heel de wereld zich aan het voorbereiden is. De voorzegging van Jezus’ komst was zelfs zo bijzonder dat Zijn moeder, Maria, op dat moment nog niet eens wist dat ze zwanger worden zou.
Wat me schrijnt in het hart is dat Kerst jaar in jaar uit rond dezelfde kribbe gevierd wordt. Een kribbe waarin voor velen de Zoon van God een kindje is en blijft. Omdat heel de wereld rekening houdt met een nog grotere crisis dan waarin we sinds kort belandt zijn, viert men Kerst dit jaar nog uitbundiger dan eerder, want wie weet, morgen valt de bom…
Temidden van al dit voorbereidend feest gedruis borrelde de volgende gedachte bij me op: stel dat ouders ter ere van hun pasgeborene een feest organiseren en de baby beleeft dit bewust mee. Bijvoorbeeld zoiets als het volgende:
‘Jippieajee, ik ben geboren, een gezonde zoon van 8 pond! Dezelfde honderden gasten als die waren uitgenodigd op de gender reveal party van een paar maanden geleden zijn nu opnieuw uitgenodigd voor het geboorte feest.
Nadat destijds het confetti kanon miljoenen blauwe sliertjes blies, ging heel het publiek volkomen uit z’n dak de reden waarom papa en mama een nog uitbundiger feest verwachten dan toen.
Om hun vreugde rond mijn komst te delen zijn kosten nog moeite gespaard.
De tafels zijn gevuld met allerlei lekkernijen en de tap voorzien van de heerlijkste wijnen en sapjes. Papa heeft het plafond volgehangen met felgekleurde slingers waarvan de honderden lampjes de zaal verlichten in een flonkerende schittering. Om de feestvreugde te vergroten is zelfs een groep muzikanten uitgenodigd die zoete en zachte baby liedjes ten gehore zullen gaan brengen.
Nog net vóórdat het feest rondom mijn komst losbarst, koestert mama me aan haar warm gevulde borst waarna papa me teder en liefdevol neerlegt in de met spierwit Zwitsers kant beklede wieg.
Eindelijk, de deur staat wagenwijd open en iedereen mag binnenkomen. Temidden van de regenboog aan rondstrooiend licht staat mijn wieg. Zullen de genodigden zeggen dat ik sprekend op mama lijk, of juist op papa? Zullen ze zich net als papa en mama verbazen over mijn met zwarte wimpertjes omringde oogjes en de eveneens gitzwart welige baby krul bovenop mijn ronde bolletje? Wat zullen ze zeggen over mijn blozende wangetjes en alle tien volmaakt gemaakte vingertjes en teentjes? Staan ze, naar de verwachting van mama in een enorme wachtrij te popelen mij in hun armen te koesteren om mij dicht aan hun hart liefdevolle woordjes in mijn schattige flap oortjes te fluisteren?
Maar alsof er vrijkaartjes zijn uitgedeeld voor een gratis diner in een all-inclusief vakantieresort, stormt iedereen me voorbij en verdringt zich rond de eettafels. Bang niet genoeg te krijgen scheppen de gasten zo snel mogelijk twee of drie borden voor zichzelf vol om zich daarna in sneltreinvaart naar de tap te voegen. Ook daar is het een drukte van belang en maakt men ruzie om wie het eerst zijn dienblad lege glazen vullen kan. Zonder te proeven wat men eet en alsof iedere moment het leger binnen stormt om alle borden schoon te vegen, valt men gulzig aan en propt de monden vol met mama’s zorgvuldig klaargemaakte lekkernijen. Klinkend op het leven, heft men klotsend de glazen om deze onder luid boeren en slurpen te legen in kelen waarvan je denken zou dat men al weken niet gedronken heeft.
Alsof het niet nog gekker kan zet de band steeds hardere meezing krakers in waarop de gasten opgezweept en oververhit onder luid geschreeuw van ‘lang leve de liefde’ de slingers uit de lucht rukt en elkaar omhangt met de ter ere van mij bestemde kleuren van de regenboog. Na verloop van tijd belandt de fonkelende schittering op de vloer waarna deze hossend en dansend in duizenden splinters vertrapt wordt. Het deert niemand iets dat de eerst zo feestelijk verlichte zaal verandert in een donker hol, vol gelal van allerlei wanklanken. Lallend en brallend wordt er feest gevierd alsof hun leven ervan afhangt. ‘Kom, laten we eten en drinken, want morgen sterven wij’ giert men het uit…
Papa en mama vragen zich verbijsterd af of dit dezelfde mensen zijn die ogenschijnlijk net zo verwachtingsvol als hun, uitgekeken hebben naar mijn geboorte. Ze kunnen hun verdriet niet meer binnenhouden en schreien bittere tranen. Liefdevol tilt papa me uit de wieg en legt me teder in mama’s armen. ‘Kom, we gaan’ zegt hij, waarna hij mama en mij omarmt en zachtjes naar de uitgang begeleid. Dwars door de inktzwarte nacht brengt papa ons naar een prachtige plek temidden van herders met hun zachtblatende schaapskudde. Ondergedompeld in liefde en geborgenheid genieten we samen van een magisch fonkelende sterren hemel die als ware het een schare die niemand tellen kan, verteld van een liefdevolle Vader, Die hemel en aarde schiep tot eer van Zijn eigen naam en veilige woonplaats voor Zijn kinderen.
‘Kijk’ zegt mama, ‘het lijkt net of onze zoon licht geeft. ‘Gekkie,’ zegt papa, ‘dat zei ik toch al vanaf het begin?’ Wat een Vader is Hij hè?
‘In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is. In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen. En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen.’
Johannes 1:1, 3-5 HSV
https://bible.com/bible/1990/jhn.1.1-5.HSV

Vind ik leuk:
Like Laden...